Dewijle dat ons Jan Barten van Hattem en Mechtelt Peters echteluijden met onsen broeder Dirck Peterse en Jenneken van Leijden, oock echteluijden, voor ons beijden is aangedeelt wegens onse overledene ouders met namen Peter Henrickse en Mechtelt Rutgers, in leven echteluijden, haar versterf sekere 4 1/2 hond boomgaertse in de buijrschap Welij, en doordien in denselven boomgaart is gevestight eene somma van 350 gulden, die onsen broeder Dirck Peterse daarin heeft moeten laten setten tot voorcominge van meerdere oncosten, alsoo de heer van Loenen daar verscheijdene obligatiën van was hebbende, dewelke daarmede uijtgeleijt sijn, soo belooven wij echteluijden voorgeschreven, dat onsen meergemelten broeder datselven goet sa vredelijk gebruijcken ende de opkomsten implojeren tot uijtlegginge en verminderinge van het voorstaande capitaal cum interesse, en dat wij geen voordeel off profijt van hetselve goet sullen hebben vooralleer dese voorstaande lasten, daarvan uitgeleijt sijn, onder verband als na rechten. Oircond onse beteekeninge, dat nu den 5e augusti 1691 was geteekent, Jan Barten van Hattem. Dit merckt X heeft Mechtelt Peters met haar handt geset, me praesente C.v. Ooij custos.
Geregistreert den 22e maij 1698.